woensdag 28 oktober 2009

I woke up today in a very simple way - in the morning, all I could do was sing

Een van mijn favoriete bezigheden op een vrije dag - als ik mij uit onze belachelijk comfortabele zetel gehesen kreeg, that is - is een fietstochtje in Southampton Common, een groot park waar het heerlijk verdwalen is in de wirwar van wegen en kronkelende paadjes. Ten minste als je net als ik het oriëntatievermogen van een door gigantische ijzeren staven ontregeld prehistorisch kompas hebt.

Het belangrijkste voordeel van dit park is dat het een heel pak "echter" en minder artificieel is dan de parken in het stadscentrum. Je hebt echt het gevoel dat je in de natuur zit. Een andere immense troef is het eclectische karakter van het park: je vindt er grote grasvelden waar mensen komen vliegeren, picknicken of spelen met de hond, maar er zijn evengoed plekjes in het bos waar je eventjes alleen kan zijn, ver weg van de drukte.

In het park ligt ook het oude kerkhof van Southampton, compleet met scheefgetrokken en overwoekerde graven. Lijkt net weggelopen uit een foute b-horrorfilm, ware het niet dat kerkhoven niet kunnen lopen. Om even stil te staan bij de vergankelijkheid van het leven, nietwaar? Hoor mij hier filosofisch worden, ha! Cool allemaal, maar een week voor Halloween ook best sinister en dus was ik blij dat ik er weer af was.


P.S. de kwieten die verhaaltjes verspreiden als zou het in Engeland altijd koud zijn en regenen, zijn duidelijk nog nooit over het Kanaal geweest. Of 't zijn dikke, vette leugenaars. Of beiden. Eind oktober en de temperaturen gaan hier overdag nog altijd eerder richting twintig dan richting 10. Graden celsius, wel te verstaan.

P.S.2. Megacoole video van hippiecollectief Port O'Brien:


zondag 11 oktober 2009

this is life - this is life - and everything is all right - living living living living living living living living life

Nu ik mij langzaam begin aan te passen aan het Engelse verkeer, heb ik me voor het eerst buitengewaagd met de fiets van Francesco. Waar ik in België de helft van de tijd slapend op mijn fiets zit, mag mijn concentratie hier geen moment verslappen. Ook bleef ik voorzichtig op het voetpad in plaats van het Gevaar van de Straat op te zoeken.

De reden voor dit uitstapje was het concert van Mumford & Sons in Talking Heads. Deze concertzaal ligt even buiten het stadscentrum en ik had niet meteen zin in een voettocht van een halfuur. Je zou verwachten dat er buiten de Southamptonse stadskern niet veel te beleven valt, maar niets blijkt minder waar. Het culturele wasteland waar ik me op voorbereidde bleek onbestaande. In plaats daarvan zijn er pubs, clubs, restaurants en noem maar op. Een stad op zich als het ware. Dat komt natuurlijk omdat Talking Heads dicht bij de Universiteit van Southampton ligt. (noot: er zijn twee universiteiten in So'ton, ik zit op de Solent University, die knal in het centrum ligt)

Aan de gigantische aanschuifrij merkte ik onmiddellijk de immense populariteit van Mumford & Sons. Dat werd nog eens bevestigd toen ik opving dat het optreden uitverkocht bleek te zijn. En ondergetekende had natuurlijk geen ticket gekocht in voorverkoop. Maar dit keer was Dame Fortuna aan mijn zijde en kon ik een kaartje op de kop tikken van een vriendelijke medemens die er een te veel had.

Al snel werd duidelijk dat de interesse voor Mumford & Sons uitermate terecht is. De vier jonge snaken maken eerlijke folk en bluegrass die in dezelfde sfeer baadt als de soundtrack van 'O Brother, Where Art Thou'. Als je hun songs hoort, denk je aan een Amerikaans bandje uit de jaren vijftig, ware het niet dat hun muziek erg 'nu' klinkt. Lijkt een contradictie, maar is het gek genoeg niet.

De frontman mag er dan uitzien als een jonge versie van Gary Hagger als die een pornosnor zou laten groeien en zijn kostuums zou inruilen voor houthakkershemden (oordeel vooral zelf), hij kreeg vlotjes de hele zaal mee met wereldnummers als 'Little Lion Man', 'Winter Winds' en 'Roll Away Your Stone'. Als deze band niet G.R.O.O.T. wordt, eet ik mijn hele garderobe op (zeggen dat je je schoen of hoed opeet is voor mietjes). Oh ja, ik wil banjo leren spelen!


Toen ik hier in het begin van de week postte dat de herfst het land aan het inpalmen was, sprak ik te vroeg. Dit weekend was het zonnetje weer volop van de partij en dat schreeuwde om een last minute picknick met Doritos en heerlijke guacamole (heerlijk, want gemaakt door yours truly) en bier. Francesco en overbuurvrouw Maria (Spanje) waren van de partij. Later vervoegde Tim (Polen) ons voor een internationale voetbalwedstrijd, die een voorbode bleek te zijn voor het Belgische succes later op de avond tegen Turkije. Geen foto's daarvan echter, want de batterij van mijn fototoestel had het ondertussen begeven.

Na de traditioneel wilde zaterdagavond was het op de al even traditionele luie zondag tijd voor een bezoekje in het gezelschap van Andrea (Zwitserland) aan het charmante thee/koffiehuisje annex kunstgallerie 'The Art House', wellicht het schattigste cafeetje in Southampton. Je kan er in de uitermate comfortabele zetels rustig een drankje nuttigen of een hapje eten (de 'sandwiches' zijn uitstekend!), maar ook prullaria of cd's en vinyl kopen en tweedehandsboeken kopen of ruilen. De bric-à-brac inrichting maakt dat je het gevoel hebt in een living te zitten.

Dames en heren, de grote Daniel Johnston:

maandag 5 oktober 2009

eating Belgian fries by the dock of the bay

Een van de dingen uit het Belgenlandje die ik het meest mis aan de andere kant van het Kanaal - naast de lieve mensen natuurlijk - is toch wel een goed pak goudgele frietjes. Aan de Engelse gedrochten die ze verkopen onder de naam 'chips' heb ik me nog niet durven wagen. Wat doet een Belg dan? Hij maakt zelf frieten, verdorie! Ze smaakten dan misschien niet zo goed als home sweet home - iets wat ik wijt aan het ontbreken van een frietketel - maar het deed toch deugd om met mijn smaakpapillen even terug in la Belgique te zijn. Mijn Italiaanse huisgenoot Francesco kon de Belgische specialiteit ook wel smaken.

De geweldige Jens Lekman (jep, ik kan een liedje verzinnen bij elk thema!)

P.S. enkele dagen geleden liep ik hier nog fluitend in t-shirt en korte broek rond, maar vandaag heeft de grauwe Engelse herfst genadeloos en onheroepelijk zijn intrade gedaan.

zaterdag 3 oktober 2009

what a waster! (one too many times)

Op maandag liep er een dubieus figuur schichtig en onrustig door de straten van Southampton. Het was ondergetekende op weg naar The Joiners. Deze meesterlijke zet leverde me twee tickets op voor het verrassingsconcert van Peter Doherty een dag later. Een concert dat nog dezelfde avond zou uitverkopen op het internet.

De dingen zijn veranderd sinds ik Slow Club zag in dezelfde zaal. Ik ontmoette hopen boeiende mensen en zo komt het dat ik dit keer niet eenzaam en alleen mijn opwachting maakte in The Joiners. Fernando, een sympathiek medemuziekminnend en -journalistiekstuderend menspersoon uit het zonnige Malaga, vergezelde mij.

Het voorprogramma - een band genaamd Wave Machines - kon onze goedkeuring wel genieten. Ik hoorde energetische indie rock gemengd met wat funky electro, op zijn best geurend naar Hot Chip. In mijn hoofd te klasseren in de map 'in het oog te houden'.

Wat volgde was de grote leegte...

Een slecht voorgevoel groeit in mijn buik. En jawel, de concertorganisator hijst zich op het podium met een mededeling. Doherty komt niet. Volgens zijn management is er 'iets ernstig' aan de hand. Vergeef me mijn cynisme - ook ik vind dat het grootste vergif van onze samenleving - maar dat klinkt als een goedkoop excuus. De reactie van het publiek - eerder apathisch en onverschillig dan teleurgesteld - verraadt enige gewenning aan de fratsen van meneer Doherty.

Enorm jammer, want ik had Peter Doherty graag solo aan het werk gezien en waar kan dat beter dan in een intieme zaal als The Joiners waar je de artiesten kan aanraken mocht je daar behoefte aan hebben.